
Met het ‘Oog van de Woestijn’ levert Schwartz weer een deel in de ‘Het Geheim van Askir’-serie af. Wederom zijn de karakters springlevend en heeft het verhaal een goede opbouw, van zowel plot als wereld.
Zowel de karakters op zich als de groepssamenstelling zijn nog verder uitgediept zodat je hen echt kan herkennen en voor je ziet.
De groep is opgedeeld en om te zorgen dat Leandra haar taak kan volbrengen is het nodig dat de groep eerst weer bij elkaar komt. Als dat gelukt is, wil Havald zo snel mogelijk verder reizen naar Askir om daar om hulp tegen de oorlog in zijn thuis land te vinden. Maar voor het zover is houden nog twee dingen de groep bezig.
Het ene is de familie van de emir van Galasabad, en het tweede is de ontdekking dat een legioen uit Askir is aangekomen.
De emir had gevraagd of Havald en de zijne nog. twee weken in Galasabad konden blijven, tot de verjaardag van zijn dochter, wanneer hij de kroon aan haar overdraagt. De aanstaande emira is een jonge, krachtige vrouw, vol met charisma, die moeilijkheden lijkt aan te trekken als stroop vliegen. Zij kan echter veel voor de groep betekenen wanneer zij in Askir aankomen. Bessarein is onderdeel van Het Rijk, en kan dus Leandra’s vraag steunen. Het gevaar lijkt echter niet alleen van buitenaf te komen. Havad dient alles op alles te zetten om de emira en zijn vrienden te beschermen.
Er wordt verder ingegaan op details die in de vorige boeken onderbelicht zich gebleven.